Wat mag (niet)?

Wat mag er wel, wat mag er niet? Over schotelantennes, aanpassingen in de woning, tuinhuizen en noodzakelijke herstellingen door de GMH 

Een schotelantenne, mag dat? 

Je mag geen schotelantenne bevestigen op de gebouwen van de GMH. In het verleden was deze mogelijkheid er in sommige gevallen wel. Daarom zie je hier en daar nog een schotelantenne hangen. De eigenaars van deze antennes moeten een toelatingsbewijs van de huisvestingsmaatschappij kunnen voorleggen. 

In een paar nieuwbouwprojecten (Maalderij in Beveren, Keizerstraat in Haasdonk) is het plaatsen van schotelantennes voorzien van bij het ontwerp.  

Aanpassingen in de woning, mag dat? 

Hou altijd rekening met de bepalingen van het reglement van inwendige orde (RIO).

Zo mag je bijvoorbeeld nooit boren in de gevel. Aan het einde van de huurperiode moet de woning in dezelfde staat zijn als bij het begin. 
Aanpassingswerken moet je altijd aanvragen, ze zijn niet toegestaan zonder een schriftelijke toelating van de huisvestingsmaatschappij. Als je werken uitvoert zonder toestemming, kan de huisvestingsmaatschappij eisen dat je alles terug in de oorspronkelijke staat brengt. 

Aan elektrische-, gas- en waterleidingen en telefoon- en kabeldistributie mag je niets veranderen. Dit is van belang voor jouw veiligheid en die van de andere huurders.  

 Een tuinhuis, mag dat? 

Je mag enkel een tuinhuis plaatsen als dit bij het einde van de huurperiode eenvoudig te verwijderen is. Dat betekent dat je er geen elektriciteit naartoe mag trekken, dat er geen metselwerk aan te pas mag komen en dat je geen betonnen vloer mag gieten. De huurder is zelf verantwoordelijk voor de afbraak van het tuinhuis. 
Bovendien moet je tuinhuis in regel zijn met de gemeentelijke reglementering. Meer informatie hierover vind je bij de gemeentelijke diensten. 

Noodzakelijke herstellingen door de GMH  

In normale omstandigheden kan de GMH geen herstellingen uitvoeren aan het verhuurde goed zonder jouw toestemming. De huurder heeft immers recht op ongestoord genot van de woning.  
 
Als de woning tijdens de huurperiode een noodzakelijke herstelling nodig heeft die niet kan wachten tot na het einde van de huur, moet je die toestaan, ook als dit voor ongemakken zorgt en zelfs als daardoor een deel van de woning tijdelijk onbruikbaar is.  
 
Als de herstellingen meer dan 30 dagen duren, zal de huurprijs verminderd worden evenredig met de duur en de grootte van het ongemak.